Sven Schrooten heeft een bedrijf met zoogkoeien waar hij voornamelijk maïs, gras en granen teelt. Qua bemesting wordt er vooral gewerkt met drijfmest en stalmest, dit wordt aangevuld met kunstmest. De stalmest is afkomstig van de eigen zoogkoeien.
De percelen zijn gelegen in gebiedstype 2 volgens het mestactieplan. Hierdoor moet Sven aan een aantal voorwaarden voldoen. Hij voert de bemesting uit volgens de normen van het gebiedstype en laat zich ook adviseren voor een zo correct mogelijke bemesting op perceelsniveau. Ook worden er groenbedekkers ingezaaid op percelen om zo de stikstof vast te houden zodat er minder kans is op uitspoeling.
Daarnaast maakt Sven ook nog gebruik van een combinatieteelt in zijn granen. Hij zaait hier namelijk ook nog gras bij in. Hierbij werkt hij met 100 kg zomergerst en 20 kg gras per ha. Deze combinatie zorgt voor een betere stikstofopname, alsook meer smakelijkheid voor de zoogkoeien.
Toch blijken al deze tips en tricks niet voldoende om steeds een voldoende laag nitraatresidu te behalen. Daarom test hij samen met ons het gebruik van een tussenvanggewas uit.
Vanggewassen zorgen niet alleen voor bodembedekking (groenbedekker - minder onkruidgroei en erosie), maar ook dat residuele stikstof na de oogst van een hoofdteelt wordt opgevangen (vanggewas) en weer wordt vrijgegeven voor de volgende teelt (groenbemester). Als het vanggewas voldoende snel kan ontwikkelen (weersomstandigheden zijn hierin een bepalende factor), kan het deze functies ook in een kortere aanhoudperiode uitvoeren, als 'tussenvanggewas'.
Wat komt hier net bij kijken?
We vergelijken verschillende soorten groenbedekkers en volgen de gewasontwikkeling en nitraatresiduwaarden op. Sven legt daarvoor verschillende proefobjecten aan. Op het perceel waar we deze proefobjecten aanleggen staat op dit moment een combinatieteelt van zomergerst en gras:
- Controleplot met combinatieteelt (gras + graanstoppel)
- Grondbewerking maar braakliggend
- Bladrammenas + gele mosterd
- Japanse haver + gele mosterd
- Japanse haver + Facelia
- Facelia + gele mosterd
Wat is er al gebeurd?
6 juli: Oogst combinatieteelt zomergerst en gras
10 juli: Staalname N-index + bodembewerking met diepwoeler
16 juli: Inzaaien groenbedekkers
8 augustus: N-index staalname + opvolging opkomst vanggewassen
We merken tijdens deze eerste opvolging dat we met graanopslag zitten op het perceel. Dit kan mogelijks te wijten zijn aan de droogte bij de inzaai, en daarna de hevige regenval. Alsook dat het graan niet gedorsen is maar gemaaid samen met het gras.
21 augustus: opvolging opkomst vanggewassen
28 augustus: N-index staalname + opvolging groei vanggewassen
13 september: opvolging groei vanggewassen
2 oktober: Opvolging groei vanggewassen
6 oktober: klepelen vanggewassen + N-index staalname
Begin november: inzaai triticale
12 december N-index staalname in de stroken van vanggewassen.
Resultaten
Onderstaand kan u de resultaten terug vinden van de staalnames, Hier kan u perfect de evolutie zien van de stikstof in de bodem bij verschillende mengsels van groenbedekkers.
N-analyse bodem
Dit overtuigingsveld wordt opgevolgd door B3W-begeleidster Lore Luys (lore.luys@b3w.vlaanderen.be) van Proef- en Vormingscentrum voor de Landbouw.
Gelieve inloggen of registreren om commentaar te geven.